In Adformatie magazine: Weinig merken actief in social media
Bijzonder is het om te merken dat als je je ergens mee bezighoudt, je datgene ook meteen overal ziet opduiken. Heb ik me net aangemeld als verse Twitteraar, zie ik in het Adformatie magazine een interessant artikel over ‘Social Media’ staan. Aangezien het aantal gebruikers van sociale netwerken de laatste paar maanden lijkt te exploderen, vind ik het artikel zeker relevant. Jammer dat ik het bewuste artikel niet terug kan vinden op de website van Adformatie want dan had ik er graag een link naar toe geplaatst.
Uit de Adformatie van 12 maart:
—-
Weinig merken actief in social media
Nederlandse merken zijn nauwelijks aanwezig in social media. Slechts 10 pct van de top 100 adverteerders is aanwezig op Hyves, Facebook, Twitter, LinkedIn, YouTube of Flickr.
Dat blijkt uit de eerste editie van de Social Media Monitor, een concept van Media Embassy dat halfjaarlijks wordt uitgevoerd. Ook het voeren van een bedrijfsweblog wordt door veel merken niet gedaan. Merken die wel aanwezig zijn, doen dat zonder interactie en laten veel mogelijkheden onbenut.
Opvallend is dat vooral Nederlandse mediabedrijven aanwezig en actief zijn op social media-sites. Radiozenders als 3FM, Q-Music en Radio4 en tv-zenders als MTV en TMF zijn aanwezig op Hyves, Twitter en Youtube en houden een weblog bij. Na media zijn telecombedrijven het meest op social media aanwezig, waarbij zij met name gebruikmaken van Twitter als customer servicetool. Facebook en Flickr worden door Nederlandse bedrijven niet gebruikt en LinkedIn wordt door enkele bedrijven wel voor HR-doeleinden gebruikt. Volgens Niels van de Velden, social media-strateeg bij Media Embassy, zijn er in totaal 38 merken gevonden die aanwezig zijn op social media, zich richten op het Nederlandse publiek en zijn aangemaakt door het desbetreffende bedrijf. Hoewel aanwezig zijn veel van deze organisaties niet actief op social media. Van der Velden: ‘Opvallend is dat wanneer een bedrijf wel actief aanwezig is er, enkele uitzonderingen op Twitter daargelaten, dus veelal geen sprake is van een dialoog met de consument.’
Op Hyves zijn achttien grote Nederlandse bedrijven die daar een officiele publieke pagina beheren. Veertien daarvan zijn mediabedrijven gericht op jongeren. De vier niet-mediabedrijven (ING, LG-Mobile, Hi en Bol.com) zijn aanwezig, maar niet bijzonder actief. Op Twitter zijn Telfort, UPC en Vodafone het actiefst aanwezig en gaan hier ook actief de dialoog aan met de gebruikers van het twitteraccount. Ongeveer de helft van de merken die aanwezig zijn op social media zijn ook aanwezig op de videosite YouTube. Ook hier zijn de mediabedrijven aanwezig, daarnaast hebben enkele organisaties met opvallende reclamecampagnes, zoals Centraal Beheer Achmea en enkele ministeries een YouTube-kanaal. Volgens Time.com is het bereik van social media onder 18- tot 24-jarigen als sinds 2007 groter dan dat van erotische sites, traditioneel een grote categorie op het internet.
—-
Dat Nederlandse bedrijven nog slecht vertegenwoordigd zijn in social networks snap ik wel. Een aangewezen persoon binnen het bedrijf moet dat bij gaan houden en als je het goed wil doen, kost het je veel tijd. Bovendien is het meetbaar maken van je ‘corporate presence’ en daarmee het draagvlak creeren voor dergelijk activiteiten, nog lastig. Aan de andere kant, traditionelere manieren van marketing, PR en reclame zijn inmiddels toch ook meetbaar dus waarom social media niet?
Doelgroep is ook een belangrijke factor. Telecombedrijven en mediabedrijven richten zich duidelijk ook op een jongere doelgroep vanwege de kennis en ervaring die deze doelgroep met nieuwe media heeft. Daar waar je doelgroep zich ophoudt en mee bezighoudt, dien je als bedrijf aanwezig te zijn. Maar is uitbreiding van je doelgroep niet interessant?
Als mogelijk laatste argument voor een slechte vertegenwoordiging in social media zou de snelheid van nieuwe ontwikkelingen en de relatief korte, en jonge, leeftijd van nieuwe media als Twitter kunnen zijn. Er zijn zoveel nieuwe ontwikkelingen dat ik me voor kan stellen dat veel grote bedrijven de kat uit de boom kijken. Aan de andere kant; welk bedrijf profileert zich niet graag als een bedrijf dat alle nieuwe ontwikkelingen op de voet volgt?